Onroerend religieus erfgoed beheren
Zorg dragen voor het religieus erfgoed is niet vrijblijvend. Zowel de overheid als de Kerk leggen hiervoor bepaalde wetgevingen op tafel. We geven je een beknopt overzicht.
Wie is verantwoordelijk voor het beheer?
Wie verantwoordelijk is voor het beheer van het religieus erfgoed, hangt af van de functie van het gebouw:
- Parochiekerk: elke parochiekerk wordt beheerd door de kerkfabriek, met ondersteuning van het centrale kerkbestuur.
- Kathedrale kerken: het beheer van dit patrimonium valt onder de kathedrale kerkfabriek.
- Kloosters, abdijen en andere religieuze instituten: deze worden beheerd door private instellingen, zoals bijvoorbeeld de congregaties.
Welke wetgevingen zijn van toepassing?
We onderscheiden twee grote groepen. Op basis van hun statuut zijn er andere decreten en wetgevingen van toepassing. De volledige regelgeving over de erediensten vind je op de website van het Agentschap Binnenlands Bestuur.
Kerkfabrieken en centrale kerkbestuur
- Openbare instellingen met rechtspersoonlijkheid
- Sinds 2005 vallen ze onder het decreet van de erkende erediensten
- In 2013 trad het gewijzigde eredienstendecreet in werking
Kloosters, abdijen en andere religieuze instituten
- Vaak vereniging zonder winstoogmerk (vzw)
- Vallen dus onder de vzw-wetgeving
- Soms wordt het patrimonium beheerd door het O.C.M.W.. Dan is de OCMW-wetgeving van toepassing.
- Ook bisdommen vallen hieronder
Wat met het kerkelijke recht?
Op parochiekerken en de inboedel is naast de wetgeving opgelegd door de overheid, ook de kerkelijke regelgeving van toepassing. Hierin staan regels over het dagelijks beheer. Maar evengoed zaken over een neven- of herbestemming van het kerkgebouw.
De Codex Iuris Canonici (1983) legt onder meer regels op over gewijde plaatsen, kerken, altaren, cultusobjecten, kostbare afbeeldingen, relieken, devotionalia en de inventaris. De bisschoppen kunnen binnen hun bisdom specifieke toepassingsbesluiten maken bij de Codex en ook eigen juridische en financiële regelingen treffen. Zo stelden de Vlaamse bisschoppen enkele richtlijnen op voor het gebruik van een parochiekerk.
Een langetermijnvisie voor het gebouw
In 2011 presenteerde toenmalig Vlaams minister voor Binnenlands Bestuur en Onroerend Erfgoed Geert Bourgeois zijn conceptnota ‘Een toekomst voor de Vlaamse parochiekerk’. Hierin is ook aandacht voor het beheer en valorisatie van de parochiekerken.
Het document legde ook de basis voor wat we vandaag het kerkenbeleidsplan noemen. Dit document is de basis voor het verdere beheer van de parochiekerk. In de conceptnota zijn ook passages opgenomen over de premie- en subsidieregelgeving. Van zowel beschermde als niet-beschermde gebouwen.
Ook het lezen waard
- In het handboek Provinciebeleid van Vereniging van de Vlaamse Provincies (VVP) vind je meer info over de verantwoordelijkheden van de provinciebesturen in verband met de erediensten.
- Het vademecum kerkbesturen van uitgeverij Politeia is een praktisch handboek voor zowel eredienstbesturen als lokale besturen.
- De religiopockets van uitgeverij Vanden Broele is een praktijkgerichte reeks over de werking van de erkende erediensten.
- Op de website van Kerknet staat het interdiocesaan vademecum voor de kerkfabrieken.
Heb je vragen over dit thema?
Heb je nog vragen over het beheer van het onroerend religieus erfgoed? Of wil je meer weten over de wetgevingen die van toepassing zijn? Contacteer dan onze collega Jonas Danckers.