Marie bellando mitjans 1 Zqu M1n8 G2 M unsplash

Christus op de Koude Steen

In het lijden van Christus op de Koude Steen, menselijk en herkenbaar, komt Jezus het dichtst tot de gelovige.

Object

Beeld (vrijstaand)

Materiaal

Hout

Afmetingen

H: 35,5 cm

Inventarisnummer

CRKC.0073.0004

Herkomst

Collectie Zusters Annonciaden van Huldenberg

Tentoonstelling

This is not a collection

Jezus zit op een klein muurtje, de handen voor het lichaam. Hij bloedt, de doornenkroon op zijn hoofd is te zwaar. Zijn blik is bedroefd en meewarig naar beneden gericht, aan zijn voeten liggen een doodshoofd en een spijkerblok. Dit is Christus op de Koude Steen, een voorstelling van Jezus die op de berg Golgotha zit te wachten, terwijl de beulen het kruis in gereedheid brengen. Eigenlijk gebeurt er niets. Hij wacht, meer niet.

Deze episode uit het lijdensverhaal wordt nergens vermeld in het evangelie, maar vloeit voort uit 14de-eeuwse traktaten die het lijden van Christus centraal stellen. Sinds de laatmiddeleeuwse gotiek kent het christendom immers een bijzondere fascinatie voor het lijden van Jezus. Of, zoals Ludolf van Sachsen (ca. 1295-1378) in de 14de eeuw over de voorkeur voor het beeld van de lijdende Mensenzoon in zijn Vita Christi schrijft: "Het is zoeter je te zien als sterveling aan het kruis, dan als heerser over de engelen in de hemel, om je te zien als een man die de menselijke natuur in zich draagt, van het begin tot het einde, dan als een god in zijn verheven aard, het is zoeter je te zien als de stervende verlosser, dan als de onoverwinnelijke schepper". In Zijn lijden wordt Jezus menselijk, herkenbaar en tastbaar, komt Hij het dichtst tot de gelovige. En precies hierin schuilt de kracht van het beeld: de toeschouwer wordt bewogen tot empathie. Waar dit in het algemeen heeft geleid tot een bijzondere devotie en beeldvorming rond het lichaam en lijden van Jezus, ontstond in onze Nederlanden - verder ingegeven door de Moderne Devotie - de voorstelling van Christus op de Koude Steen. Als geestelijke oefening gericht op de ontwikkeling van een persoonlijke betrokkenheid en spiritualiteit, verwoordt Ludolf van Sachsen: “O lieve heere hoe jammerlyck sadt gy opten kouden steen, beevender van grote koude ende pynen”. Ondanks – of misschien net dankzij – het feit dat er eigenlijk niets gebeurt, gaat er een enorme emotie uit van het beeld. We zien opperste eenzaamheid en verlatenheid, ultieme menselijkheid. Beschouwing en berusting ook, contemplatie en inkeer. Beeldjes zoals dit werden vaak in de kloostercel gezet, als ondersteuning van de persoonlijke devotie. Het meest stille en verstilde beeld uit de christelijke beeldcultuur nodigt de toeschouwer uit om gewoon te kijken en mee stil te worden … zonder meer.

© Bea Borgers
© Bea Borgers

Andere werken uit de collectie

Een vraag?

Heb je een vraag over onze collectie? Wil je graag een object lenen voor een tentoonstelling? Of wil je een object doneren? Neem contact op met collega Phaedra Bosmans.